Zingen is het middel, niet het doel

Ik heb mijn leven lang gezongen. Er zijn bandjes te vinden waar ik op peuterleeftijd al liedjes zing. Ik zong altijd en overal. Dat klinkt als een rooskleurig sprookje, maar het was de realiteit. Als ik zeg dat mijn leven om het zingen draaide, dan meen ik dat oprecht. Ik was bereid er alles voor te laten vallen. Het heeft nooit als een keuze gevoeld, maar als een noodzaak om te overleven. Het was een manier om de hemel te ervaren op aarde.

Als ik even niet kon zingen, door een simpele verkoudheid, voelde ik doodsangst. Ik weet nog dat ik een tiener was en letterlijk dacht dat ik dood zou gaan als ik niet meer kon zingen. Men vroeg wel eens wat ik later wilde worden. Ik antwoordde dan steevast dat ik zangeres wilde zijn. Ik heb er nooit over nagedacht waarom; het was gewoon zo. Het voelde als de natuurlijke loop der dingen, ik had daar niks over te zeggen. Het was de bedoeling van het leven.

Ik heb een tijdje niet kunnen zingen door extreme vermoeidheid. Het voelde alsof ik uit elkaar knalde van ellende. Alsof het licht uit mijn leven was verdwenen. Ik veranderde in een zwarte echoput, niet meer in staat om me te uiten. Toen ik, na maanden, eindelijk weer kon zingen weet ik nog dat de tranen over mijn wangen liepen. Ik was weer heel, ik was weer compleet. Ik kon dat vreselijke, drukkende gevoel uit me laten stromen. Mijn enige goedwerkende uitingsvorm was terug.

Ik was vroeger nooit in staat om te laten zien wat er in mij huisde. Ik praatte ongelooflijk veel, maar zei eigenlijk niets. Ik kon de woorden niet vinden, dus bleef ik maar zoeken naar nog meer woorden. Eindeloze, niet te stoppen stromen van woorden, waarvan geen enkele leek te kloppen. Geen enkel woord kon dienen als daadwerkelijk communicatiemiddel. Dus slipte ik langzaam dicht. Tot ik weer ging zingen. Ik voelde me altijd kilo’s lichter als ik dat gedaan had.

Maar uitendelijk nam het zingen mijn totale identiteit in beslag. Het communicatiekanaal veranderde in een individu. Het daadwerkelijke individu verloor ik. En daardoor bleef er steeds minder over om te communiceren. Ik verloor mijzelf als mens en had daardoor eigenlijk niks meer te zeggen. Het zingen verloor zijn glans en putte me alleen nog maar uit. Het enige wat ik nog naar buiten kon pompen was opgeklopte, valse emotie. Want in mij was het leeg.

En zo veranderde hetgeen wat mij door het leven sleepte, in hetgeen dat mij langzaam kapot maakte. Ik heb uit alle macht geprobeerd om het in leven te houden. Ik heb mezelf geprobeerd te hervullen, maar blies binnen de kortste keren alles weer naar buiten. Het zingen had veel te grote vormen aangenomen. Was van integere manier tot verhalen veranderd in een enorme microfoon die veel te groot voor mij was.

Daarom heb ik besloten het kanaal dicht te gooien en er andere kanalen voor in de plaats te nemen. Zoals schrijven, dichten, mezelf verbinden met mensen door vriendschap en liefde. Maar men begreep dit niet altijd en zag niet dat het zingen slechts een middel was en niet het doel of de bron. Men dacht dat ik mijzelf overboord gooide, terwijl ik mezelf juist beschermde. Ik zocht naar andere manieren om me te kunnen uiten, zonder dat de uitingsvorm mij als individu helemaal opvrat.

Het zingen is nooit meer geweest dan mijn manier van praten met de wereld. Alles wat het groter heeft doen lijken, is schijn. Ik ben nooit geïnteresseerd geweest in enorme podia en bijbehorende galajurken. Ik heb nooit verlangd naar de grootste operahuizen. Ik heb alleen maar willen praten en laten zien wie ik was.

Het zingen als middel zit nog steeds in mij. Het is een verborgen schat, die ik bij me draag. Het is een prachtige, interessante weg, waar ik ooit weer mijn emoties hoop te laten stromen. Maar dit durf ik pas weer als iedereen zijn voeten uit de klei van míjn weg heeft gehaald. Deze weer daadwerkelijk van mij is. En vrij, om wie ik daadwerkelijk ben over naar buiten te laten gaan.

Ik ben niet langer zodanig geblokkeerd dat er maar één weg naar buiten is. Ik communiceer op meerdere manieren. Ik laat mijn persoon stralen, zonder er kapot aan te gaan. En ik voel dat men daadwerkelijk mijn woorden verstaat en niet langer alleen maar geobsedeerd is door de uitingsvorm. De vorm is ondergeschikt geworden aan de persoon erachter. En die persoon, dát is waar het echt om gaat.

Scroll naar top